TU 940 (serv.man3) - Harman Kardon Audio User Guide / Operation Manual. Page 7

Read Harman Kardon TU 940 (serv.man3) User Guide / Operation Manual online

7
NEDERLANDS
1. STROOM
Indrukken om het apparaat aan te zetten.
De ring om de knop zal groen gaan
branden. Druk hem opnieuw in om het
apparaat uit te zetten. De ring wordt nu
rood en op het display verschijnt het
opschrift "STANDBY".
2. CIJFERTOETSEN
Gebruik deze toetsen om het vastgelegde
nummer van een zender die in het geheu-
gen is ingevoerd in te toetsen, of om een
zender op te slaan in het geheugen,
samen met de toets MEMORY (GEHEU-
GEN) 
7. Eerder geprogrammeerde
zenders kunnen worden opgeroepen door
op de corresponderende cijfertoets(en) te
drukken. Voor enkelvoudige cijfers (1-9)
drukt u op het nummer, waarna de zender
meteen wordt ingesteld. Om vastgelegde
zenders van 10 tot en met 30 op te
roepen, drukt u op de gewenste toetsen
in volgorde waarna de zender meteen
wordt ingesteld. Om de toetsen te ge-
bruiken voor het invoeren van een zender
in het geheugen, zie pag. 10.
3. FLUORESCENT DISPLAY
Het displaypaneel bevat een groot display
voor informatie over de zendfrequentie en
RDS-gegevens, alsook de statusindi-
cators van de verschillende tunerfuncties
en RF niveau-indicatorbalken, bestaande
uit 5 segmenten, aan de linkerkant.
4. BAND
Druk op deze toets om over te gaan van
FM- naar AM-frequentiebanden en
omgekeerd.
5. IF-BAND (ALLEEN FM-
AFSTEMMING)
Druk op deze toets om de doorlaatband
van de middenfrequentie te veranderen,
om interferentie van aangrenzende
zenders te compenseren.
NARROW (SMAL): als de ontvangst wordt
gestoord door interferentie van andere
zenders, moet u op de toets drukken
totdat NARROW oplicht.
Hierdoor krijgt u een betere ontvangst.
NORMAL (NORMAAL): voor normale
ontvangst moet u deze toets indrukken
totdat NORMAL oplicht.
6. DISPLAY MODE
Druk op deze toets om over te gaan van
heldere naar gedimde displayverlichting
en omgekeerd of display uit.
7. GEHEUGEN
Gebruik deze toets om de zenders op te
slaan in het geheugen van vastgelegde
zenders of start de Auto Preset Memory
(Autom. voorinstelling geheugen)-functie.
De geheugenindicator knippert als de
knop wordt ingedrukt.
Zie pag. 10 voor aanwijzingen over het
gebruik van het geheugensysteem.
8. TUNE/P.SET (VASTGELEGDE
ZENDERS INSTELLEN)
Druk op deze toets om de indicator
PRESET (VASTLEGGEN)  te laten
branden. Als de indicator brandt, kan de
afstemmingsknop 
) worden gebruikt om
de vastgelegde zenders te doorlopen in
toenemende of afnemende richting. Als
de indicator PRESET niet brandt, wordt
de normale afstemming (automatisch of
handmatig) geactiveerd.
9. P.SET SCAN (VASTGELEGDE
ZENDERS ZOEKEN)
Druk op deze knop om automatisch door
elk van de zenders te stappen die zijn
opgenomen in het geheugen. Elke gepro-
grammeerde zender speelt ongeveer vijf
seconden. Om op de gewenste zender te
stoppen, drukt u de toets opnieuw in
terwijl de zender speelt.
10. AFSTEMMING
Deze knop heeft een aantal functies,
hoewel zijn primaire taak is zenders te
selecteren. Bij normaal gebruik draait u
de knop in één van beide richtingen om
de geselecteerde band te doorlopen om
een zender te zoeken. Als de indicator
TUNED (AFGESTEMD) oplicht, is de
zender goed afgestemd. Tevens is er een
aantal automatische afstemmings-
methodes mogelijk: in de FM-mode, als
AUTO/MAN 
& is ingedrukt zodat de
indicator AUTO brandt, gaat de tuner over
op hogere frequenties als de afstem-
mingsknop met de klok mee gedraaid
wordt. Als hij tegen de klok ingedraaid
wordt, zullen er lagere frequenties worden
doorlopen. De tuner stopt op de eerste
zender die een acceptabele signaal-
sterkte heeft. Draai de knop opnieuw in
dezelfde richting om af te stemmen op de
volgende beschikbare zender. 
Als TUNE/P.SET 
8 wordt ingedrukt
zodat de PRESET (INGESTELD)-indicator
brandt, zal de tuner omhoog of omlaag
door de in het geheugen geprogram-
meerde zenders lopen, als aan de
afstemmingsknop 
) wordt gedraaid.
De afstemmingsknop functioneert ook als
keuzeknop voor de functies PTY 
@ en
Character (Teken) 
!. Zie de beschrijving
van deze functies op pag. 13 en verder.
11. CHARACTER (TEKEN)
Maakt het u mogelijk de naam van een
zender die niet met RDS uitzendt, in te
voeren of te veranderen.
Om een naam in te voeren drukt u
eenmaal op CHARACTER. Er zal een lijn
knipperen onder de eerste spatie van het
display. Draai de afstemmingsknop totdat
het gewenste teken (letter, nummer of
symbool) verschijnt.
Druk nogmaals om over te gaan naar de
volgende spatie. Herhaal deze procedure
totdat de naam gespeld is, en gebruik de
afstemmingsknop op een teken te
selecteren en de Character-knop om naar
de volgende spatie over te gaan.
Als het laatste teken geprogrammeerd is,
drukt u op MEMORY 
7, en selecteert u
een plaats in het geheugen (1-30) met
behulp van de CIJFERTOETSEN 
2.
De naam kan op elk moment worden
opgeroepen door op DISPLAY 
$ te
drukken.
Page of 16
Display

Click on the first or last page to see other TU 940 (serv.man3) service manuals if exist.